Gemeente Haarlem – Integratie statushouders
“Een goede integratie begint bij een goede inschatting van het opleidingsniveau en inzicht in competenties en vaardigheden van een statushouder”, zegt Wendy Broersen klantmanager statushouders bij de gemeente Haarlem. Sinds begin 2018 werkt de gemeente Haarlem met het vluchtelingenassessment van NOA (PPS-V). “Voorheen was de hele intake gebaseerd op gesprekken, daarbij ben je altijd afhankelijk van een tolk. Bovendien kan de eigen mening een rol spelen. NOA biedt ons een meer gestandaardiseerde intake, die ook veel tijdwinst oplevert. Het is fijn als je mensen zo snel mogelijk op weg kunt helpen naar opleiding en/of werk en integratie. En de PPS-V geeft goed inzicht in de vaardigheden, opleidingsniveau en gezondheid van de statushouder.”
Haarlem maakt gebruik van de gewone PPS-V en de ‘light’ versie. De tests worden ingevuld in de eigen taal, maar sommige mensen zijn laagopgeleid. Speciaal voor deze groep heeft NOA een light versie met een aangepaste inhoud. Broersen: “De statushouders vullen de tests in bij Vluchtelingenwerk, een plek waar ze zich veilig voelen, maar er is altijd iemand van de gemeente bij aanwezig om waar nodig uitleg te geven. Prettig van de tests is dat iedereen het in zijn eigen taal kan doen. Maar voor ons is het soms lastig omdat wij niet weten om welke vraag het gaat waar de statushouder niet uitkomt als zijn Nederlands nog te gebrekkig is. Gelukkig werken er bij ons ook mensen die Arabisch spreken.”
Voor Haarlem met het NOA-assessment ging werken, zijn ze bij de gemeente Den Haag gaan kijken waar al met Noa werd gewerkt. Broersen: “Het was goed om te horen hoe de ervaringen in een andere gemeente zijn. De invoering bij ons ging heel makkelijk. Van te voren kregen we een training hoe we de verslagen kunnen beoordelen en er goed mee kunnen werken. Onze ervaringen zijn tot nu toe bijzonder positief. Wij zien een klein nadeel en dat is dat het invullen van de open vragen veel tijd kost en veel informatie die daar wordt gevraagd is al bekend bij ons. Dat is niet alleen jammer van de tijd, maar vooral niet fijn voor de statushouders. NOA kijkt nu naar de mogelijkheden om onderdelen weg te vinken. Deze actieve houding van NOA vinden wij erg prettig. NOA denkt goed met ons mee.”